Recent ontviel ons Lucette de Wit. Lucette was decennialang bijzonder actief in het Brussels, liberaal verenigingsleven. Ze was een vaste waarde en de onvoorwaardelijke steun van tal van liberale mandatarissen en militanten, in het bijzonder van minister van staat Annemie Neyts-Uyttebroeck.
In 2010 tekende Herman Mennekens enkele herinneringen op van ‘de schone Lucette’ aan het eerste huwelijk van Hugo Claus. Als hommage aan Lucette publiceren we de getuigenis, die verscheen in de Willemsfonds-publicatie ‘Hugo Claus, een zachte hommage’ (2010):
Louis Paul Boon vereeuwigde haar als ‘de schone vrouw Lucette’ in zijn legendarische werk ‘De Kapellekensbaan’. In het ware leven was Lucette toen de echtgenote van Boons boezemvriend en dichter Ben Cami, die als ‘de kantieke schoolmeester’ verschijnt in hetzelfde boek. Het is overigens die ‘schoolmeester’ (in die dagen leerkracht Nederlands en Zedenleer aan verschillende rijksscholen) die Boons Nederlands zou bijspijkeren tijdens de oorlogsjaren, wanneer Cami ondergedoken leefde bij de familie Boon.
In de naoorlogse literaire kringen van de jaren 50 bewoog zich ook de jonge Hugo Claus. Claus’ bewondering voor Boon in die periode was reëel. In 1960 stelde hij onomwonden dat Boon ‘een reeks boeken maakte, waaruit ik er enkele zou willen geschreven hebben.’ Claus beschouwde Boon destijds als ‘een zeer groot schrijver’.
Hun persoonlijke relatie was minder warm. ‘Hij wantrouwde mij’, liet Claus optekenen in 1981. In 1994 stelde hij dat aanvoelen nog scherper: ‘Boon voelde zich bij mij altijd op zijn ongemak. Hij vond mij een rare kwast die meer met het buitenland te maken had dan met Aalst. Aalst, dat ik overigens een stad van de doem vind. Ik weet niet waarom, Aalst maakt me ongemakkelijk. Boon was een exponent van dat ongemak.’
Toch kwam Claus wel eens over de vloer ten huize Boon in Aalst. Lucette de Wit was getuige van die bijeenkomsten in de jaren 50 en 60. Dat Claus ‘een maandloon van de staat’ kreeg, was het gezel-schap rond Boon evenmin ontgaan. Een ‘hartsvriend’ van het Aalsters natuurtalent werd hij dan ook nooit. Op zaterdagavond kwamen er steevast bevriende schrijvers en dichters over de vloer bij Boon. Eerst in de woning (met winkel van zelfgemaakte kinderkledij) op de Gentsesteenweg, later in het wat afgelegen huis te Vogelenzang, een doodlopende aardeweg in Erembodegem. Boon en Cami kochten er samen de bouwgrond. Ze deelden het perceel vervolgens in twee. Cami bouwde er als eerste zijn woning, Boon volgde wat later. Maar de tuin hielden de vrienden steeds gemeenschappelijk.
Zijn eerste huwelijk met de Nederlandse actrice Elly Narden (echte naam: Elly Overzier) vierde Claus op 31 mei 1955, in ruim gezelschap, met een receptie in ‘Het Goudblommeke in Papier’, het café van kunsthandelaar en theatermaker Geert Van Bruaene in hartje Brussel. Een kleine, bruine kroeg, waar ook de Belgische dadaïsten en surrealisten (Magritte, Scuttenaire, … ) graag vertoefden. Van Bruaene was ook erg vertrouwd met de Cobra-beweging, waartoe ook de jonge Claus behoorde. Voor de mooie Elly, dochter van een Nederlandse reder, die Claus in Oostende had leren kennen, had de poëet dan al ‘de blauwe gedichten’ geschreven. Ze werden gepubliceerd in het literaire en experimentele Vlaamse tijdschrift ‘Tijd en Mens’ (waarvan Ben Cami één van de oprichters was).
Op de huwelijksreceptie waren tal van vrienden en kennissen aanwezig uit Vlaamse en Nederlandse literaire kringen. En uiteraard behoorden Lucette de Wit en Ben Cami tot de genodigden. Lucette herinnert zich levendig de rijzige Simon Vinkenoog en diens partner ‘die een kleed droeg met een diepe insnijding aan de rugzijde, waardoor je de sproeten op haar rug zag.’
‘Ook de toen nog piepjonge René Adams, schoonzoon van Jan – ‘Jantje’ – Walravens was van de partij’, weet Lucette nog. Adams zou later hoofdredacteur worden van Het Laatste Nieuws, de destijds liberaalgezinde krant waarvoor Walravens zijn leven lang kunstredacteur was.
‘Er was veel volk, het café zat stampvol. Wat me opviel was dat de vrouw van Claus – een grote, blonde dame – dikke “Churchill-sigaren” rookte. Heel ongewoon en een tikkeltje gemeen voor een vrouw in die tijd.’
Ook de dichter Marcel Wauters, die een jeugdvriend was van Ben Cami uit hun Atheneumtijd in Aalst en zijn echtgenote Janine Fontaine – luidens Lucette de Wit ‘een elegante, blonde dame met de looks van Brigitte Bardot’ -verschenen op het feest , evenals Maurice D’haese, de existentialistische letterkundige en laureaat van de Arkprijs van het Vrije Woord in 1953.
Nadat Ben Cami was bevorderd tot directeur in het Rijksonderwijs in Lennik verlieten Lucette en Ben Aalst. Het koppel met twee dochters trok een woning op in Asse. ‘De schone vrouw Lucette’ kon, via Jan Walravens, later aan de slag bij Het Laatste Nieuws.
Na haar pensioen en tot diep in de herfst van haar leven bleef Lucette, ondertussen woonachtig in Laken, bijzonder actief in Brusselse, liberale kringen. Aalst was dan al een verre herinnering aan mooie, vervlogen tijden …