
Naar aanleiding van Louis-Ferdinand Céline, Oorlog, Arbeiderspers 2024
Oorlog verscheen in het Frans in 2022, zestig jaar na het overlijden van de auteur. Het lijkt de korte versie van Reis naar het einde van de nacht (1932). Céline schreef het in 1934. Het bleef ongepubliceerd tot het manuscript in Parijs verdween toen Céline, notoir nazi, antisemiet en collaborateur, op de vlucht sloeg in juni 1944 richting Duitsland.
Het verhaal van Oorlog: Ferdinand herstelt in 1915 in een ziekenboeg achter het front waar het nog niet duidelijk is of je een held bent dan wel een verrader die voor het vuurpeloton zal komen te staan. Tussen verpleegsters die hem afrukken en kameraden die hun vrouw in de stad prostitueren, zonder enige illusie, gewoon om de waanzin te overleven en niet naar de hel terug te keren, vertelt Ferdinand zijn verhaal.
Generaties jongeren hebben Reis naar het eind van de nacht gelezen. Een absoluut meesterwerk. Het is een rauw relaas. Een aanklacht tegen de oorlog, tegen het kolonialisme en het kapitalisme. Wellicht. Maar verwacht geen idealisme: het is ruw en rauw, wat er overblijft als je alle illusies en humanisme wegneemt, gedreven door haat en een ode aan de lafheid en zinloosheid. En De Reis sleurt de lezer mee in die wereld. Het is een nieuwe stijl van schrijven. “De stijl is alles” meende Céline. In gesproken taal geschreven, de taal van de straat, l’argot, weg van de elitaire intellectuele taal. Baanbrekend. Het sleurt je mee naar het einde van de nacht, naar de dood. Nooit zal literatuur nog hetzelfde zijn na dit boek, was en is de mening van critici.
EEN GENIE, MET EEN NAZIRAND
De vraag was: hoe kon de geniale schrijver Céline antisemitische pamfletten schrijven? Vanaf eind jaren ’60 werd Céline in de Franse literatuur gerehabiliteerd, ook ter linkerzijde, als een avant-garde schrijver, een pacifist, de schrijver van de kleine man, in de taal van de kleine man, … De mythe Céline werd opgebouwd rond het meesterwerk De Reis. Gevierd striptekenaar Tardi illustreerde De Reis. Zijn tekeningen sieren de huidige pocketuitgaven.
Maar net als in ons land de serie Kinderen van de collaboratie toont dat goed historisch onderzoek nodig is om opgebouwde mythen te doorbreken, heeft Frankrijk ook haar historisch onderzoek over de collaboratie overgedaan. Ook voor het geval Céline.
Céline, of dokter Louis Destouches bij zijn echte naam, was een onvervalste racist en antisemiet. Voor de oorlog, tijdens de oorlog en na de oorlog. Zijn antisemitisme duikt al op in geschriften van de jaren 20. Tijdens de oorlog moedigen zijn pamfletten de Jodenwetten van Vichy aan. Céline is geen Frans patriot die Pétain uit vaderlandsliefde steunt, maar een nazi, die in de rassenpolitiek en de samenwerking met het Duitse Rijk de enige oplossing voor Europa ziet. Na de oorlog toont Céline geen berouw. Integendeel, zoals vele collaborateurs ook bij ons, zijn niet de joden het slachtoffer. Hij is het slachtoffer, bestolen van zijn manuscripten en opgesloten voor collaboratie. Eindeloos zelfbeklag dus, eerder dan inzicht.
EEN NAZI DIE EEN GENIAAL BOEK SCHREEF
De vraag is dus omgekeerd: kan een onvervalst fascist een meesterwerk schrijven? Ja dus. De Reis is een meesterwerk. Erger nog, het ruwe mensbeeld uit dit boek maakt onlosmakelijk deel uit van zijn antisemitisme en fascisme. Voor wie De Reis niet gelezen heeft is Oorlog een alternatief, onafgewerkt en te kort om de volledige leeservaring te hebben. Maar toch mooi. Laat dit geen reden zijn om de mythe rond Céline terug tot leven te roepen. Céline is geen profeet van het pacifisme, Hij is de auteur die vanaf 1937 met Bagatelles pour un massacre het antisemitisme de vrije loop liet gaan en mee het draagvlak voor de holocaust heeft gecreëerd.
GRUNBERG
Op de Franse goedkope pocketversie siert de prachtige illustratie van Tardi. Maar het is voorzien van een kritiekloos voorwoord van een ouderwetse Céline-groupie die over het verdwijnen van de manuscripten in 1944 spreekt over diefstal. Hij ziet Céline als een oorlogsslachtoffer van 1914-1918, en als slachtoffer op de vlucht voor repressie in 1944. Uitgever Gallimard maakt hier geen goede beurt. De Nederlandstalige versie is voorzien van een mooi, sterk en gebald voorwoord van Arnon Grunberg. Je moet geen moraalridder zijn om de feiten gewoon op een rijtje te zetten. Je kan De Reis en/of Oorlog blijven lezen, het kan je blijven fascineren, ook al voel je walging voor de schrijver ervan.
Johan Basiliades

